Herstel

U zult vrij snel na de ingreep weer naar huis mogen. Uw arts of verpleegkundige geeft u instructies over hoe u uw operatiewondje moet verzorgen, wel/niet mogen tillen, het controleren van uw wondje en de mate van activiteit in de eerste paar weken. In het begin kunt u wat last hebben van enig ongemak rond de implantatieplaats.

Tevens krijgt u uitleg over het gebruik van het Medtronic CareLink^®-netwerk voor controle op afstand en de Patient Assistant, uw persoonlijke afstandsbediening. Als u een geïmplanteerde hartmonitor heeft, kunt u bijna al uw normale dagelijkse activiteiten blijven uitvoeren. U kunt met uw hartimplantaat zwemmen, in bad gaan en sporten zonder dat u bang hoeft te zijn de hartmonitor te beschadigen.

Periodieke controles en controle op afstand

Na de implantatie van de hartmonitor spreekt u met uw arts datums af voor periodieke controles. Een standaard periodieke controle bij uw arts in het ziekenhuis duurt ongeveer 30 minuten of minder. Hoe vaak u naar uw arts moet gaan, is afhankelijk van uw aandoening en symptomen. Uw arts kan de implanteerbare hartmonitor echter ook door middel van het Medtronic CareLink^®-netwerk op afstand controleren.

Als u een flauwvalaanval gehad heeft of voelt aankomen, gebruik dan uw Patient Assistant (zoals u is uitgelegd) en neem daarna direct contact op met uw arts of ziekenhuis. Uw arts zal de hartritmegegevens uit uw monitor downloaden. Wanneer de implanteerbare hartmonitor de hartactiviteit tijdens het flauwvallen geregistreerd heeft, kan uw arts de signalen 'lezen' en vaststellen of de oorzaak van uw onverklaarbaar flauwvallen te maken heeft met een afwijkend hartritme. Vervolgens zal hij/zij een behandelplan opstellen.

Meer: Mobiele MyCareLink Heart^™-app op uw smartphone of tablet
Meer: Compatibele telefoon- en tabletmodellen voor mobiele MyCareLink Heart™-app
Meer: Controle (monitoring) op afstand

Patient Assistant gebruiken

Wanneer u voelt dat u gaat flauwvallen, volgt u of een familielid de instructies van de arts op en plaatst u de kleine, draagbare Patient Assistent onmiddellijk boven de geïmplanteerde hartmonitor en drukt u op de knop. Hierdoor registreert het hartimplantaat uw hartritme vóór, tijdens en na de flauwvalaanval.
De Patient Assistant is heel gebruiksvriendelijk.

Meer: Reveal LINQ Patient Assistant

Tips voor u en uw verzorgers

• Zorg ervoor dat u de Patient Assistant altijd bij u draagt.
• Vertel uw verzorgers en gezinsleden over uw implanteerbare hartmonitor en hoe ze de Patient Assistant moeten gebruiken.
• Gebruik de Patient Assistant ‒ volgens de instructies van uw arts ‒ meteen nadat u bent flauwgevallen of andere symptomen ervaart, zoals hartkloppingen.
• Kort nadat u de Patient Assistant gebruikt heeft, belt u uw arts.
• Zorg ervoor dat de registratieknop niet onbedoeld wordt ingedrukt, alleen als u uw hartritme moet registreren.
• Bescherm de Patient Assistant tegen onbedoeld gebruik.
• Dompel de Patient Assistant niet onder in water en stel het apparaat niet bloot aan lagere temperaturen dan 9 ºC.

Volgende: Dagelijks leven